2.
Vrij houden (van zender)
5.
Verliezen (van gevaarlijke stoffen)
6.
Stralingsbron (radioactiviteit)
7.
Hoofd(streken/richtingen)
8.
Veranderlijk (van wind of zicht)
17.
Reductievlak (waterstand)
18.
Wijzigingen (van boeien/markeringen)
19.
Gebreken (van boeien/markeringen)
20.
Onbruikbaar (apparatuur)
21.
Binnenvaren (van haven of gebied)
25.
Ruime afstand bewaren (andere partij)
27.
Overladen (van lading)
32.
Binnen halen (van visgerei)
36.
Verbranden/Verbrandt (afval)